Erfgoed
Onder impuls van de toenmalige burgemeester en voorzitter van het Boudewijnpark, dhr. Michel Van Maele, werd gestart met de bouw van een ijsstadion. Op 14 mei 1969 werd de eerste steen gelegd door dr. F. Van Mechelen, de toenmalige minister van Nederlandse cultuur. Het Olympische ijsstadion, zoals het toen werd genoemd, zou zijn deuren openen voor de kerstvakantie. Dit ondanks de schade welke werd aangericht door een windhoos, waardoor een gedeelte van de pas opgerichte gebinten tegen de vlakte waaiden (4 juni 1969). Maar toch werd de deadline gehaald en kon de ontwerper en ingenieur A. Jonckheere, wie de eerste voorzitter zou worden van de BSC, zich bogen op een enorme volkstoeloop bij het openingsfeest op 20 december 1969.
We mogen aannemen dat, voortgaand op een document uit 1976 en enkele foto’s dat de Boudewijnpark schaatsclub afgekort B.S.C. quasi onmiddellijk werd opgericht. De Boudewijnpark schaatsclub zou uit twee afdelingen bestaan, een afdeling snelschaatsen en een afdeling kunstschaatsen. In dat bewuste document kunnen we immers volgende lezen: ”Lisbeth Berckmans is 11 jaar, en is reeds in de club vanaf de opening van de ijsbaan te St.-Michiels in 1969, ze stond dus reeds op het ijs van haar 5 jaar.” Op een foto vinden we ook terug: “Manja Boumans, lesgeefster van 1969 tot 1971”. Men kan dus met redelijke zekerheid aannemen dat de BSC op 20 december 1969 boven het doopvont werd gehouden. Een van de eerste trainsters was de 16 jaar jonge Manja Boumans, zij zou een jaar later gaan werken voor Holiday On Ice. Dat eerste jaar noteerde de club 198 leden en moest de rest van de kandidaten noodgedwongen op een wachtlijst. In die eerste jaren waren de aanvragen tot toetreden van de kunstschaatsclub zo talrijk dat een test diende af te leggen. Deze test werd afgenomen door R. Sneyers en R. Veroustraete. Als latere trainers kenden we ook Miss Coockson, Anneke Roel, mijnheer Kanka, de heer en mevrouw Mattysik, Nancy Souhy, Jean Caude Detre…
Dat de BSC op competitief vlak het er in die tijd heel goed van af brengt, blijkt onder meer uit wedstrijd en testresultaten uit deze tijd. Op een foto van Dinora Torreborre genomen op 24 okt 1971 vinden we volgende zinsnede terug, ze behaalde dan haar ”bronzen plakket”. Uit eerder vermeld document en uit een schrijven gericht aan burgemeester en schepencollege van Oostende (25 maart 1976) blijkt immers ook dat de Oostendse schaatser Dinora, lid sinds het eerste uur, reeds in 1974 een “Nationale Zilveren Plakket” behaalde. Zij was toen 16 jaar, later dat jaar zou ze gaan trainen onder Herr Höfer in Füssen, Duitsland.
Wat later, in 1976 werden tijdens de Belgische kampioenschappen, gehouden in het sportpaleis te Luik, Lisbeth Berkmans en Patrick van Reeth in hun respectievelijke categorie, miniemen meisjes en miniemen jongens, Belgisch Kampioen.
In deze periode duiken in wedstrijd- en clubtest verslagen voor het eerst nog bekende figuren op. We kennen ze nu als ex-trainers bij onze club, Tania Herssens en Christel Zutterman.
Het eerste logo
Manja Boumans, eerste trainster (1969-1971)
De betonvloer die wordt aangelegd